010 - 263 06 70


  

Ongelijke breukdelengemeenschap: verleden tijd als belastingbesparende mogelijkheid

Tot voor kort konden echtgenoten door middel van een zogenoemde breukdelengemeenschap hun vermogen fiscaal voordelig verdelen. In plaats van een gelijke verdeling (50/50) van de huwelijksgemeenschap, werd bij huwelijkse voorwaarden afgesproken dat het vermogen bij overlijden of echtscheiding in een andere verhouding, bijvoorbeeld 90/10, werd verdeeld. Dit kon tot aanzienlijke besparingen op de erf- of schenkbelasting leiden, met name wanneer de vermogende partner overleed.

De Hoge Raad heeft in een arrest van 9 februari 2024 (ECLI:NL:HR:2024:239) deze mogelijkheid nog goed gekeurd, behoudens in uitzonderlijke gevallen. In deze zaak oordeelde de Hoge Raad dat het aangaan van huwelijkse voorwaarden geen schenking inhoudt, ook niet als de echtgenoten volgens de huwelijkse voorwaarden voor ongelijke delen worden gerechtigd tot de goederen van de huwelijksgemeenschap. Alleen in uitzonderlijke gevallen, als het aangaan van huwelijkse voorwaarden als wetsontduiking wordt aangemerkt, vormt de daaruit voortvloeiende vermogensverschuiving volgens de Hoge Raad een verkrijging krachtens erfrecht. Door een recent wetsvoorstel is het voordeel uit fiscaal oogpunt echter grotendeels verdwenen.

Aanpak constructie ongelijke breukdelengemeenschap

Op 23 april 2025 is het wetsvoorstel Aanpak constructie ongelijke breukdelengemeenschap ter consultatie aangeboden. Het voorstel maakt deel uit van het Belastingplan 2026 en beoogt definitief een einde te maken aan de fiscale voordelen van dergelijke constructies.

Met de voorgestelde wijziging van de Successiewet 1956 wordt geregeld dat wanneer bij ontbinding van een gemeenschap van goederen of bij een verrekenbeding één van de echtgenoten méér ontvangt dan de helft, dat meerdere wordt aangemerkt als een schenking (bij leven) of als een erfrechtelijke verkrijging (bij overlijden). De regeling geldt dwingend – tegenbewijs is dus niet mogelijk.

Echtgenoten die een bepaalde verdeling willen aanhouden, kunnen dat uiteraard nog steeds doen. De wetgever biedt ruimte door aan te geven dat het privévermogen buiten de gemeenschap of het verrekenbeding gehouden kan worden, bijvoorbeeld via huwelijkse voorwaarden.

De beoogde inwerkingtredingsdatum is 1 januari 2026. Voor bestaande situaties geldt overgangsrecht: breukdelengemeenschappen die zijn aangegaan vóór de bekendmaking op 18 april 2025, blijven in stand.

Vragen over uw huwelijkse voorwaarden of estate planning?
Onze adviseurs denken graag met u mee. Neem gerust contact met ons op voor een persoonlijk adviesgesprek.


vorige pagina